Uit de krant geknipt
Vorige Start Terug

 

Uit de krant geknipt

Olifanten van het Zuidafrikaanse Krugerpark aan de pil

Het Zuidafrikaans Kruger National Park, een toeritische trekpleister voor wie van wildlife houdt, kampt met een olifantenoverschot. Dat is op zich niet nieuw, alleen komt er steeds meer kritiek op de manier waarop in het verleden met dat probleem is omgesprongen. Na 28 jaar van afslachten, werd op een konferentie eerder deze maand gepeild naar alternatieven. De opties zijn erg uiteenlopend, van verhuizen over uitputten tot familieplanning. Experimenten zijn nu al aan de gang; voor het eerst in de geschiedenis is de olifant aan de pil.

Konkreet zijn er zo'n 600 olifanten te veel per jaar. Olifnanten kunnen hun populatie in vijftien jaar tijd verdubbelen en zelfs als ze in een park als Kruger leven en een land ter grootte van Wales tot hun beschikking hebben, is er uiteindelijk sprake van overbevolking. Het eerste alternatief voor uitroeiing dat nu besproken wordt bestaat erin de olifantenpopulatie op natuurlijke wijze te laten stabilizeren. Vroeger gebeurde dat door de jaarlijkse droogte, die de olifanten tot een lange reis noopte op zoek naar water. Onderweg stierven heel wat uitgeputte dieren en hun aantallen groeiden niet echt. Sinds de jaren veertig is het Krugerpark echter uitgerust met tal van waterbronnen, wat de jaarlijkse vermoeiende trektocht overbodig maakt. Die waterbronnen verwijderen zou misschien een oplossing zijn, maar zou terzelfdertijd de doodsteek betekenen voor het toerisme. Toeristen slaan de olifanten namelijk vooral op hun drinkplaatsen gade.

Een tweede optie bestaat erin de overtollige dikhuiden te verhuizen naar andere reservaten, wat gezien de bloei in de Zuidafrikaanse wildlifetoerisme-industrie niet gek lijkt. Dit jaar bijvoorbeeld hebben al 300 olifanten een nieuwe thuis gevonden in een ander park. Het probleem dat individueel verhuide dieren sociaal onaangepast worden, zou kunnen worden opgevangen door ze als families te verhuizen. Maar toch blijft het de vraag hoe lang andere parken surplusdieren zullen kunnen onderbrengen. Aan het einde van het verhaal wacht bij deze optie toch weer de uitroeiing.

Daarom, zeggen anderen, kan je best je heil zoeken in een vorm van geboorteplanning voor de dikhuiden. Zulks is vroeger nooit gebeurd en wordt nu uitgetest in de zoo van Montana in de VS en in het Zoölogisch Instituut van Berlijn. De zoo van Montana slaagde er eerder in om wilde paarden in te enten met een vaccin dat de 'zona' van een onbevruchte eicel afbreekt. Die zona is noodzakelijk bij de bevruchting, het is namelijk aan die struktuur van proteïnen dat een zaadcel zich vasthecht. Bij de paarden werden geen nevenverschijnselen gesignaleerd. Of dat ook voor de olifanten zal gelden, wordt nu op 21 dikhuiden uitgetest.

De Berlijnse biologen hebben 12 olifanten een ingeplante vorm van contraceptiepil bezorgd. Op dat nevenverschijnselen tot gevolg zal hebben, moet nog worden afgewacht. Wetenschappers die het gedrag van olifanten bestuderen, argumenteren echter ook dat de impact op de groep niet mag worden onderschat. Aangezien de olifanten in een complexe groepsstruktuur samenleven, vragen ze zich af hoe jonge vrouwtjesolifanten zullen worden bekeken die zelfs in hun vruchtbaarste jaren geen kleintjes baren. Misschien, zo vrezen de wetenschappers, worden de dieren wel verstoten.

Een andere probleem is de hoge kostprijs: 2.800 dieren zouden moeten worden behandeld. Daarom zeggen funktionarissen van het Krugerpark nu al wat iedereen vreest: dat de contraceptiepil onhaalbaar is en uitroeiing het enige alternatief blijft.

Uit: De Morgen (19/11/96)

De zoogdieren zijn bedreigd

Tot dusver namen biologen aan dat vogels meer in hun voortbestaan zijn bedreigd dan zoogdieren. Fout, zo bleek uit een rapport van de World Conservation Union waarover in de New Scientist werd bericht. Er zouden veel meer zoogdieren met uitsterven bedreigd zijn dan vogels. Dit geldt niet alleen - en zelfs niet in de eerste plaats - voor opvallende soorten zoals Neushoorn of Reuzenpanda, maar vooral voor honderden soorten uit de wouden, zoals ratten en vleermuizen.

Een analyse wees uit de 11 procent van de vogelsoorten met uitsterving is bedreigd, tegen 25 procent van de zoogdieren. De oorzaak van het verschil is dat vele vogels veel mobieler zijn dan zoogdieren. De veel gemaakte vergissing zou voortvloeien ui het feit dan vele natuurbeschermers ornithologen zijn. Overigens is ook de Mensenhaai ondertussen op de lijst van bedreigde diersoorten gesukkeld. Dat is geen goed nieuws.

Uit: Knack

Laatste herten geofferd

De dienst Waters en Bossen heeft in de buurt van Gedinne weer twee kadavers gevonden van grote herten (n.v.d.r. Edelhert). De dieren werden door stropers doodgeschoten. Volgens de eerste elementen in het onderzoek zijn de dieren het slachtoffer geworden van een trafiek van jachttrofeën naar Vlaanderen. De dieren zouden namelijk afgemaakt zijn voor hun gewei, dat als jachttrofee in Vlaanderen 50.000 tot 60.000 frank kan opbrengen. Volgens Waters en Bossen zijn er nu in de streek van Gedinne gen grote herten meer. Er is dit seizoen zijn gebrul (sic) te horen geweest, volgens deskundigen een bewijs dat er nauwelijks konkurentie geweest is tussen de herten over de verdeling van de kudden hinden. Vorig jaar liepen in de bossen van Gedinne nog vijf schitterende herten rond, met 17 tot 20 geweispitsen.

Uit: De Morgen (29/10/96)

Ierse vleermuizen kiezen massaal voor katholieke kerk

LONDON (dpa) - In de overwegend katholieke republiek Ierland voelen de vleermuizen zich beter in katholieke kerken dan in de voor protestanse gelovigen bestemde godshuizen. Dat is niet zo maar loze praat, maar een wetenschappelijke bevinding, zo meldde maandag de Britse The Guardian.

Sedert 1985 hield de Iers vleermuis-experte Kate Aney zich onledig met het bestuderen van de nestgewoontes van vleermuissoorten.

Uit haar studie blijkt dat langoorvleermuizen (n.v.d.r. long-eared bat = Grootoorvleermuis) overwegend in katholieke kerken worden aangetroffen, terwijl een andere ondersoort, de gladde vleermuis (sic), exclusief kiest voor de anglicaanse Churc of Ireland.

Aney hoedt zich ervoor, deze fenomenen een religieuze verklaring te geven. Het gaat niet om reformatie versus contrareformatie, stelt de biologe, maar om architectonische voorkeuren.

De langoren hebben een voorliefde voor de houten balken van de schuine daken typisch voor de katholieke kerken.

De andere vleermuizen voelen zich meer thuis in grote ruimtes met toegang tot stenen muren - een kenmerk van protestantse bouw.

Uit: De Standaard (19/11/96)

 

Design & maintenance by Bonx
Copyright © 2000. JNM Zoogdierenwerkgroep. All rights reserved.
Last updated on 18/11/1999