Nachtradio
Vorige Start Terug Volgende

 

De 'Nacht-van-het-Zoogdier-Radio'

We hebben het weer eens klaargespeeld: de zoete stemmetjes van het wakkere deel van de ZWG-kern was te horen doorheen de nacht van 14 op 15 september.

Wie toen niet luisterde kan hier eens rustig nagenieten van hoe sommigen hun eerste radio-interview doorstonden; de intonatie denk je er maar zelf bij...

'In order of appearance...'

De lastige vragen stellende nachtradio-stem: NR
De media-geile Franky Bonne: FB
Zelfzeker en vast: Rik Brys: RB
Euhm... Filip Waumans: FW
'Meneer' Thierry Onkelinx: TO
En de nuchtere Maarten Goossens: MG

NR: "Vannacht houdt de Jeugdbond voor Natuurstudie en Milieubescherming zoals vorig jaar haar nacht van het zoogdier: Honderden jongeren blijven vannacht wakker om het nachtelijke leven van de zoogdieren te bestuderen, en éen van die nachtvlinders is Franky Bonne; Franky, goeienacht."

FB: "Goeienacht."

NR: "Nacht van het zoogdier, waarom houden jullie dat en wat moet ik me daar bij voorstellen?"

FB: "Ja, ik zou het mij eigenlijk gemakkelijk kunnen maken en zeggen: wij vinden zoogdieren gewoon fascinerende beesten en dus proberen wij op zoveel mogelijk plaatsen in Vlaanderen die zoogdieren op éenzelfde moment te bestuderen,..."

NR: "Hmm..."

FB: "Dus, wel, eigenlijk zit er nog een reden achter; wij zijn namelijk al twee jaar bezig met een zoogdieren-inventarisatie van Vlaanderen; dat betekent dus dat wij over het hele Vlaamse grondgebied willen te weten komen wat er nog leeft aan zoogdieren, waar dat die voorkomen en in welke hoeveelheden; en dus vandaar dat wij momenteel proberen op zoveel mogelijk plaatsen dat een beetje te gaan onderzoeken."

NR: "Ja, dat gebeurt op dit moment in het land?"

FB: "Jaja, overal in Vlaanderen eigenlijk, want de JNM heeft dus in heel Vlaanderen 45 afdelingen..."

NR: "Jàa?"

FB: "...en in al die afdelingen wordt er momenteel deze nacht dus naar zoogdieren gekeken."

NR: "Ja, dus, 45 afdelingen, da's een heel pak hé?"

FB: "Da's een heel pak, die zijn over heel Vlaanderen verspreid."

NR: "En gaat het over bekende dieren?"

FB: "Het gaat deels over bekende dieren, maar toch ook heel vaak over minder bekende dieren, want daarom doen we dit ook 's nachts; zoogdieren zijn vooral 's nachts aktief en dat maakt dat wij d'r eigenlijk minder mee in contact komen, tenzij we d'r echt gaan moeite voor doen, dus een nachtje gaan opblijven, en eventueel ook speciale technieken gaan gebruiken zoals muizevallen, vleermuisdetectors en zo...; om die beesten nog wat beter te leren kennen."

NR: "En daar horen we later in de nachtradio nog wel wat meer over hé?"

FB: "Daar zullen mijn collega's u nog wel meer over vertellen, ja..."

NR: "Inderdaad, Franky, bedankt voor het gesprekje."

FB: "Da's graag gedaan."

NR: "En nog een prettige nacht."

FB: "Dankuwel"

NR: "We gaan verder met de Nacht van het Zoogdier, en we praten met een aantal mensen, bvb. Rik Brys, de verantwoordelijke van de NVHZ-Midden Limburg, dat is een mondvol meneer Brys, goeienacht"

RB: "Goeienacht."

NR: "We gaan het even hebben over braakballenonderzoek hé, wat is dat precies een braakbal?"

RB: "Een braakbal is dus het gedeelte dat overblijft nadat een uil, dus een roofvogel, een muis of een ander zoogdier heeft ingeslikt, en de onderdelen of deeltjes, dat zijn dus de haren of de botjes, die worden dus niet verteerde, en die worden dan terug naar boven gestuurd, in de vorm van een balletje."

NR: "Waarom is dat nuttig in jullie onderzoek?"

RB: "Omdat wij die braakballen verzamelen en dan gaan we die naderhand ontleden, dus alles uit elkaar halen en dan kijken welke muizen, dus spitsmuizen en woelmuizen, wat er allemaal inzit; en 't wordt dan gebruikt voor de zoogdiereninventarisatie."

NR: "Ja, als ik het begrijp is daar nog maar weinig informatie voor beschikbaar hé?"

RB: "Ja, da's juist."

NR: "En daarom ook het onderzoek, vanacht vooral?"

RB: "Ja, vooral vanacht."

NR: "Ook op verschillende punten in het land?"

RB: "Ja, zeker en vast."

NR: "Braakballenpluizen, wat is dat dan?"

RB: "Zo, dat is de term die ze daaraan geven, aan het ontleden van braakballen, dus ze halen dan een braakbal uit elkaar en als ze dan een schedel hebben gevonden, dan bekijken ze van welke groep dat is: de woelmuizen, de ware muizen of Spitsmuizen. En dan wordt het echt op naam gebracht, van welk dier dat is geweest."

NR: "Ja, wat doen jullie met de informatie?"

RB: "Die wordt allemaal zorgvuldig opgeschreven, met de naam en waar we die braakballen hebben gevonden en van welke uil dat is geweest en hoeveel braakballen 't waren enzo...En dan wordt dat allemaal opgestuurd naar 't bondssekretariaat in Gent, en dan wordt dat in de computer ingegeven en dan wordt dat af en toe uitgeprint op een kaartje, en dan hebt ge een schoon overzicht van wat er nu al ge‹nventariseerd is in Vlaanderen."

NR: "Een vrij nuttig onderzoek heb ik toch de indruk hé?"

RB: "Ja, zeker en vast."

NR: "Meneer Brys, we gaan het hierbij laten, bedankt voor jouw verslagje..."

RB: "Graag gedaan."

NR: "...en nog een prettig onderzoek. Dank u."

RB: "Bedankt."

NR: "Filip Waumans, u bent verantwoordelijke voor afdeling Aalter hé?"

FW: "Ja."

NR: "En jullie houden je bezig met muizenonderzoek, want daar wil ik het toch even over hebben, daar worden life-traps voor gebruikt, wat zijn life-traps?"

FW: "Euhm..., life-traps zijn vallen waarin dat de muizen levend gevangen worden, dus euhm, we stoppen daar aas in, en die muis loopt daar dus in, en die zit daar een tijdje in, en om de 4 uren worden die vallen gecontroleerd."

NR: "Ja, en de soorten muizen die jullie vangen met die val, welke zijn dat?"

FW: "Ja, dus euh..., bosmuizen, dat zijn zeer algemene muizen, die komen ongeveer in heel veel biotopen voor, en die vangen we dus heel dikwijls, ook rosse woelmuizen worden dikwijls in die vallen gevangen."

NR: "Is er omtrent muizen nog weinig informatie beschikbaar?"

FW: "Euhm..."

NR: "Want het lijkt toch heel belangrijk te zijn dat muizenonderzoek?"

FW: "Ja, wij proberen in het kader van het zoogdierenproject van de JNM zoveel mogelijk informatie in te winnen over het voorkomen van de soorten muizen in Vlaanderen."

NR: "En zoeken jullie naar iets specifiek?" (nvda: "Twichen jullie?", bedoelen ze)

FW: "Euh, neen, niet echt, gewoon het voorkomen van àlle soorten muizen proberen wij in kaart te brengen."

NR: "Kan je wat vertellen over de vallencontroles?"

FW: "De vallencontroles worden om de 4 uur gedaan. Dus we gaan met een groepje mensen alle vallen controleren, dus kijken of er een muis inzit. En als er een muis inzit, halen we die muis eruit, steken we ze in een zakje, en determineren ze."

NR: "Ja, en wat gebeurt er met die muizen, of laten we zeggen met de gegevens, wat gebeurt er daarmee?"

FW: "Die worden gebruikt voor het zoogdierenproject van de JNM."

NR: "Hoch, er is nog heel wat te onderzoeken, dacht ik hé?"

FW: "Ja."

NR: "Filip Waumans, bedankt voor het gesprekje want, we gaan het daarbij laten."

FW: "OK, dag."

NR: "We hebben nu Thierry Onkelinx aan de lijn. En die is de verantwoordelijke voor de Nacht van het Zoogdier in Zuidwest-Brabant. Dat klopt, hé?"

TO: "Dat klopt inderdaad, ja."

NR: "Meneer Onkelinx, een vleermuis, of een onderzoek dat daaromtrent plaatsvindt, dat gebeurt met een bat-detector, hé?"

TO: "Ja dat klopt. Een bat-detector is eigenlijk een toestelletje, waarmee we de sonargeluiden van een vleermuis hoorbaar maken. Het is zo: de vleermuizen gebruiken geluiden die ultrasoon zijn, die de mens dus niet kan horen, voor hun echolokatie en dus een bat-detector is dus een heel eenvoudig toestelletje, dat die geluiden voor de mens hoorbaar maakt. Op die manier weten we dan of er vleermuizen zitten en kunnen wij dan ook ongeveer bepalen welke soorten dat dan zijn."

NR: "En wat voor geluid maakt zo'n bat-detector?"

TO: "Zo'n bat-detector, dat is eigenlijk een soort droge tikken. ik zou het graag laten horen maar de telefoon geeft enorme storingen bij het toestelletje. Dus spijtig genoeg zal het nu niet mogelijk zijn van dat te laten horen. Maar je kan het ongeveer vergelijken met het zeer snel tikken van een soort polshorloge. Daar komt het ongeveer op neer."

NR: "Wat ik me altijd afgevraagd heb, meneer Onkelinx, vleermuizen, hoe zien die, of hebben die hun eigen radarsysteem of,..."

TO: "Ja, wat die hebben is dus niet echt een radarsysteem, dat is echolocatie. Het is dus zo, een vleermuis die stoot een geluid uit, dat geluid zal dan weerkaatsen op een boom, een muur, een insect,... en dat komt dan terug terecht bij de vleermuis en afhankelijk van de tijd dat dat duurt, weet of kan de vleermuis berekenen hoe lang dat dat is. Je kan het ongeveer vergelijken met de echo die we in de bergen hebben; als je gaat roepen zal je na zekere tijd de echo horen. En daarvan ook afleiden hoe ver we van deze bergwand zijn. Maar bij vleermuizen gaat het daarbij over milliseconden, terwijl bij het bij ons over 5 … 6 seconden gaat. Dus eigenlijk zijn die beesten enorm intelligent. Wij zouden het niet zo snel kunnen."

NR: "Ik had het graag ook nog even met u gehad over vleermuiskasten, dat u gebruikt in het onderzoek."

TO: "Ja wij gebruiken die niet echt in het onderzoek, dat is eerder de bescherming van de vleermuizen. Het is zo, dat zullen de mensen misschien weten, vleermuizen dat die overwinteren in onder andere kelders, maar in de zomer zitten die ook in de huizen en zo. Maar er zijn ook heel veel soorten die in holle bomen zitten, nu, vroeger was dat geen enkel probleem, er stonde altijd wel oude bomen. Maar in het huidige bosbeheer worden de oude zieke bomen snel verwijderd, zodat er geen holle bomen meer overblijven en door die kasten gaan we nu een soort plaatsvervangende ruimtes waar die dieren dan in kunnen. Sommigen gaan er ook in overwinteren. Maar het is vooral voor in de zomer om die dieren een schuilplaats te bieden."

NR: "Ja, we weten nu al wat meer over vleermuizen en het onderzoek dat eromtrend plaatsvindt. Meneer Onkelinx, mag ik je bedanken voor dit gesprekje."

TO: "Het is graag gedaan."

NR: "En nog een heel prettige nacht."

TO: "Ok, daag."

NR: "Het is ruim drie voor 2."

NR: "T, euh, NVHZ het is toch waar hé Maarten Goosens?"

MG: "Ja dat is wel degelijk zo."

NR: "Jij bent 1 van de verantwoordelijken van 1 van de punten waar het allemaal plaatsvindt deze nacht: in het Durmeland zit jij."

MG: "Ja, Durmeland, dat is in de buurt van Lokeren."

NR: "Maarten, heb ik het goed als eigenlijk het voornaamste werk voor jullie voor vannacht voorbij is?"

MG: "Het voornaamste?.. Eigenlijk nog niet want wij gaan nog door tot 2 uur deze middag. Dan hebben wij juist 24 uur ge‹nventariseerd."

NR: "Ja, dan heb je nog heel wat werk voor de boeg eigenlijk? MG: Ja, maar het zal wel lukken."

NR: "Ja, ok, prima, bedankt om dit even toe te lichten, Maarten, nog veel succes en wakker blijven. Maar dat lukt zowiezo met de nachtradio op de achtergrond."

MG: "Ok."

NR: "Geen probleem dus, OK."

 

Design & maintenance by Bonx
Copyright © 2000. JNM Zoogdierenwerkgroep. All rights reserved.
Last updated on 18/11/1999